HP LaserJet Pro 400 Printer M401 series - Storing op een draadloos netwerk verminderen

background image

Storing op een draadloos netwerk verminderen

Met de volgende tips kunt u storing op een draadloos netwerk verminderen:

Houd de draadloze apparaten uit de buurt van grote metalen voorwerpen zoals dossierkasten en

andere elektromagnetische apparaten zoals magnetrons en draadloze telefoons. Deze

voorwerpen kunnen radiosignalen verstoren.

Houd de draadloze apparaten uit de buurt van grote stenen gebouwen en andere soorten

gebouwen. Deze objecten kunnen radiogolven absorberen en de signaalsterkte verlagen.

Plaats de draadloze router op een centrale locatie in het zicht van de draadloze apparaten op het

netwerk.

126

Hoofdstuk 5 Problemen oplossen

NLWW

background image

Problemen met de productsoftware in Windows
oplossen

Er wordt geen stuurprogramma voor het product weergegeven in
de map Printers

1.

Installeer de productsoftware opnieuw.

OPMERKING:

Sluit alle actieve toepassingen. Als u een toepassing wilt sluiten waarvoor een

pictogram in het systeemvak wordt weergegeven, klikt u met de rechtermuisknop op het pictogram

en selecteert u Sluiten of Uitschakelen.

2.

Probeer de USB-kabel aan te sluiten op een andere USB-poort van de computer.

Er werd een foutbericht getoond tijdens de installatie van software

1.

Installeer de productsoftware opnieuw.

OPMERKING:

Sluit alle actieve toepassingen. Als u een toepassing wilt sluiten waarvoor een

pictogram in het systeemvak wordt weergegeven, klikt u met de rechtermuisknop op het pictogram

en selecteert u Sluiten of Uitschakelen.

2.

Controleer de hoeveelheid vrije ruimte op het station waarop u de productsoftware installeert.

Maak zo nodig zoveel mogelijk ruimte vrij en installeer de productsoftware opnieuw.

3.

Voer zo nodig Schijfdefragmentatie uit en installeer de productsoftware opnieuw.

Het product bevindt zich in de modus Klaar, maar er wordt niets
afgedrukt

1.

Druk een configuratiepagina af en controleer de functies van het product.

2.

Controleer of alle kabels goed zijn bevestigd en zich binnen de specificaties bevinden. Dit geldt

ook voor de USB- en stroomkabel. Gebruik een andere kabel.

3.

Controleer of het IP-adres op de configuratiepagina overeenkomt met het IP-adres voor de

software-ondersteuning. Gebruik een van de volgende procedures:

Windows XP, Windows Server 2003, Windows Server 2008 en Windows Vista

a. Klik op Start.

b. Klik op Instellingen.

c.

Klik op Printers en faxapparaten (via de standaardweergave van het menu Start) of klik

op Printers (via de klassieke weergave van het menu Start).

d. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de apparaatdriver en selecteer vervolgens

Eigenschappen.

NLWW